(Genesis 25: 7-11; Hebr 11:8-16)
Als een kaarsje
Welkom in Machpela. Het is de laatste halte op de lange reis die Abraham en Sara hebben afgelegd. Een plek om even stil te worden. Want hier in Machpela hebben zij hun laatste rustplaats gevonden.
(Genesis 22:1-19)
Rust in de tent
Abraham is in rustig vaarwater gekomen. Nu Hagar en Ismaël uit het kamp zijn gezet is het gedonder in Abrahams tent voorbij. Abraham heeft een goede verstandhouding met de Kanaänieten om hem heen. Hij slaagt er zelfs in een eigen put te kopen. En iedere dag geniet Abraham opnieuw om zijn zoon Izaäk te zien opgroeien. Izaäk is Abrahams oogappel een dagelijkse bron van vreugde. Het leven lacht Abraham toe en met zijn toekomst zit het wel snor. Abraham is een dankbaar mens en als blijk van zijn dank plant hij een Tamarisk. En bij deze sierlijke struik met lange buigzame takken en wit veerachtige blad, wuivend in de wind, roept hij de naam van de Heer aan.
(Genesis 17: 1-8)
Volmaakt
Leid een onberispelijk leven. Dat is wat de Heer van Abram vraagt. Een onberispelijk leven. Een Nederlands woordenboek geeft als synoniemen voor dat woordje onberispelijk: foutloos, smetteloos, niets op aan te merken, perfect. De Bijbel in gewone taal zegt hier: Doe wat goed is. De groot nieuws Bijbel: Doe geen onrecht en de Statenvertaling en de Naardense Bijbel vertalen zelfs: Wees volmaakt!
(Genesis 18 vers 1-15 en 21:1-7)
Lachen is gezond!
Lachen is gezond! Van eens onbedaarlijk lachen knapt een mens op. Lachen helpt om een hoop stress kwijt te raken. Lachen kan ook iets hebben van een pijnstiller. Inmiddels weten we dat als we lachen onze hersenen een speciaal stofje aanmaken: endorfine en die endorfine maakt dat we ons beter voelen. Het schijnt zelfs ons immuunsysteem te stimuleren. De lach is een prachtige gave die onze Schepper alleen aan ons mensen heeft gegeven.
(Genesis 14)
Het is in deze woelige wereld eigenlijk toch altijd weer hetzelfde liedje. Of het nu Abrams dagen zijn of de onze, het gaat over oorlogen en geruchten van oorlogen. Over koningen en krijgsheren, over coalities en strategen. Over oorlogsgeweld en wapengekletter, over machtsvertoon en intimidatie. En vooral ook over onschuldige slachtoffers, krijgsgevangenen en vluchtelingen.
(Genesis 13)
In de Bijbel worden vaak twee personen naast elkaar gezet. Twee personen die elk een bepaalde manier van leven laten zien. De een staat dan voor het doen en laten van de gemiddelde heiden, terwijl de ander iets laat zien van een leven in geloof. De een weerspiegelt het leven van de volken rond Israël en is daarmee vooral bedoeld als een wake-up-call, een waarschuwing: zo niet! Deze kant moeten we met elkaar niet op.
(Genesis 12:10-20)
Het moet Abram toch wel fors tegen zijn gevallen. Hij is dan wel op weg gegaan gehoorzaam aan de stem die hem had geroepen maar dat wil nog niet zeggen dat vanaf dat moment alles van een leien dakje gaat met Abram. En dat wordt al meteen duidelijk als hij daadwerkelijk in Kanaän aankomt.